Vanmorgen tijdens het ontbijt had mijn oudste dochter het over Otje Ou. "Wie is dat?" vroeg ik. "Oh, zo hebben we op school geleerd of je het met ou, Otje Ou, schrijft, zoals hout. Of met au, Adje Au, zoals pauw." Laatst vertelde ze me ook over plaagletters. Een r is een plaagletter want door de r spreek je de letters ervoor vaak anders uit.
Ik vond het verhaal over Otje en Adje grappig en ik kon me niet herinneren dat ik tijdens mijn schooltijd zulke leuke ezelsbruggetjes heb geleerd toen ik leerde schrijven. De eerste woorden die ik leerde waren: boom, roos en vis. Daarna kwamen vuur en Pim. En met dat paar woorden kon je de eerste Botje boekjes lezen. Daar stonden dan ook plaatjes in bij moeilijke woorden. Tussen elke lettergreep stond een streepje, zou dat de reden zijn dat het leven toen zo veel langzamer leek te gaan dan nu?
Terwijl mijn oudste dochter nu in de magische wereld van het ontdekken van schrijven en lezen zit, merk ik dat ik me er bar weinig van kan herinneren. Het klaslokaal dat is eigenlijk het eerste wat bij me naar boven komt. Een lokaal met hoge plafonds en veel wit. Geen vervelend wit, gewoon wit. Zeer waarschijnlijk heb ik leren schrijven van juffrouw De Vries. Dat vond ik niet de meest aardige juf. De schriftjes waar ik in leerde schrijven hadden een blauwe voorkant. Volgens mij moest je eerst de golfjes volgen en daarna mocht je de echte letters proberen. In dat schriftje stonden dubbele lijntjes. Voor de hoofdletters moest je twee lijntjes gebruiken en voor de kleine letters een. Hoewel ik meestal wel goed tussen de lijntjes kon blijven had ik altijd moeite met de kantlijn. Het liefst week ik er bij elke regel een stukje meer van af.
Wat me nu ook weer te binnen schiet was het eindeloos oefenen van de juiste schuinte van de e. Ook de s was een lastige letter. Het bovenste streepje mocht niet te groot zijn en het halve rondje niet te klein. Maar sommige letters waren juist heerlijk om te schrijven. Ik kon zo genieten van de lushoofdletters K en H. Daar zaten zoveel fijne krullen in. Die letters probeerde ik zo sierlijk mogelijk te schrijven. In de hoofdletter H probeerde ik de lussen even groot te krijgen, al lukte dat me zelden.
Vreemd eigenlijk, schrijven vind ik nu het fijnste wat er is en toch kan ik me niet meer herinneren hoe ik me voelde toen ik het leerde. Dat doet best wel au of ou. Had ik toen ook maar wat meer van die fijne ezelsbruggetjes gehad.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten